We werken dit schooljaar met leeruitkomsten — zo weet jij als student precies wat je moet laten zien! De teksten in de huidige template waren wat uitdagend, daarom hebben we ze iets eenvoudiger gemaakt. Zo is het meteen duidelijk wat er van je wordt verwacht.
Je hoeft hiervoor alleen de bestaande template een klein beetje aan te passen — dat is zo gedaan.
Hieronder vind je de nieuwe teksten die je kunt gebruiken in plaats van de huidige.
De regels die beginnen met B1>, B2>, enzovoort kun je bij alle sprints volledig verwijderen.
Sprint 1: INLEVEN
Je leeft je in en je begrijpt de vraag van de klant. Hierna formuleer je de eerste voorlopige inzichten die aansluiten bij de wensen en behoeften van de klant.
Sprint 2: RICHTING BEPALEN
Je onderzoekt o.a. de doelgroep, het product en de concurrentie. N.a.v. dit onderzoek trek je een conclusie. Hiermee bepaal je de richting van jouw mediaontwerp.
Sprint 3: IDEEONTWIKKELING
Je zoekt breed naar oplossingen om de mediavraag van de klant te realiseren. Je ontwikkelt creatieve en realistische ideeën die je vertaalt naar verschillende schetsen.
Sprint 4: PROTOTYPING
Je maakt verschillende prototypes voor crossmediale vormgeving waarbij je experimenteert met verschillende software en tools.
Sprint 5: TESTEN
Je test je prototype bij de doelgroep en je past de vormgeving aan op basis van testuitkomsten. Je vormgeving krijgt in fasen steeds meer vorm.
Sprint 6: OPLEVEREN
Je werkt de vormgeving van jouw media-uiting uit waarbij je de juiste vormgeefprincipes toepast. Hierbij maak je effectief gebruik van softwarefuncties.
Sprint-overstijgend: PROJECTMANAGEMENT
Je maakt en bewaakt een projectplanning en stemt de voortgang af met alle betrokkenen. Tijdens het project informeer je hen over tussenproducten en je bespreekt knelpunten en oplossingen. Je rond je project af met een evaluatie.